Statig blog 3: Don’t S(h)ell Human Rights
Door: Lucas Brouwers
De hoop van veel mensenrechtenorganisaties heeft een deuk opgelopen. Deze hoop was gevestigd op een Amerikaanse wet uit 1789. De ATS[1]. Dit zou de mogelijkheid bieden voor mensenrechtenorganisaties om mensenrechtenschendingen door bedrijven aan te vechten in de Verenigde Staten. Met de uitspraak die het hooggerechtshof gisteren deed is aan deze hoop dus een einde gekomen. Shell ontsnapt hierdoor aan een grote claim. De ATS biedt helaas geen grondslag om bedrijven in de VS te vervolgen.
[more…]Al langere tijd wordt geprobeerd om bedrijven bewust te maken van hun maatschappelijke verplichtingen, Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) of Corporate Social Responsibility(CSR). De Sociaal-Economische Raad omschrijvt MVO als: “Het bewust richten van de ondernemingsactiviteiten op waardecreatie op langere termijn in de drie dimensies people, planet en profit, gecombineerd met de bereidheid de dialoog met de samenleving aan te gaan. MVO behoort tot de core business van ondernemingen.” Er vindt dan een overgang plaats van ondernemen gericht op winst (shareholders) naar ondernemen gericht op alle belangen die spelen (stakeholders).
Deze “verplichting” om niet alleen rekening te houden met de aandeelhouders wordt vaak afgeleid uit een license to operate. Door het kopen van producten verlenen de consumenten als het ware een vergunning aan het bedrijf. Op het moment dat het bedrijf niet aan bepaalde normen voldoet dan stopt de consument met het kopen van het product en wordt de vergunning als het ware ingetrokken.
MVO heeft zich in het begin vooral ontwikkeld door middel van soft-law instrumenten. Inmiddels is er steeds meer een roep om hardere juridische normen die MVO vastleggen. Een voorbeeld van een soft-law instrumenten is beleid die bedrijven onderling of binnen de eigen organisatie vastleggen. In Nederland wordt dergelijk beleid vaak gelezen als hetgeen in het maatschappelijk verkeer betamelijk is. Voldoet een bedrijf niet aan deze eigen opgelegde normen, dan kan dus via artikel 6:162 BW schadevergoeding geëist worden. Zo werkt soft-law dus via hard-law door. Hard-law instrumenten zijn bijvoorbeeld het opnemen van een vergunningsvoorschrift waardoor een bedrijf aan bepaalde kwaliteitseisen voor de lucht moet voldoen.
Een kroonjuweel zou dus zijn om bedrijven overal strafbaar te kunnen stellen voor dergelijke schendingen. Dit instrument kan dus echter niet gevonden worden in de ATS. De rechters hebben unaniem gestemd en gezegd dat er nog geen universele norm bestaat van internationaal recht voor de aansprakelijkheid van bedrijven. Hierdoor kunnen bedrijven alleen in de VS berecht worden als de handelingen in de VS hebben plaatsgevonden. Dit is jammer aangezien de landen waar bedrijven vaak opereren niet de beste rechtssystemen hebben om bedrijven te vervolgen. Nu ontsnappen Exxon Mobile, Siemens, Chiquita, Cisco Systems, Daimler en Rio Tinto waarschijnlijk aan een flinke claim. Misschien wordt het tijd om hier een universele norm voor op te nemen. Het geeft in ieder geval stof tot nadenken.
[1] Alien Tort Statute